Laat de perzikurikels uitlekken.
Schil de wortel en snijd hem in schuine plakken. Breng de courtbouillon en witte wijn aan de kook en kook de wortel 10 minuten. Haal van het vuur, voeg de makreelfilets toe en pocheer 10 minuten, afgedekt.
Rehydrateer de gelatine in koud water. Laat de makreel uitlekken en zeef de kookbouillon, pas de kruiden aan. Breng opnieuw aan de kook en klop de uitgelekte gelatine erdoor.
Wissel de makreel, de fijngehakte perziken, de wortel, de gehakte dilleblaadjes en de gesnipperde ui af in een terrine. Giet de bouillon erbij en laat afkoelen.
Koel een nachtje in de koelkast. Zet een paar kersen opzij om af te werken en meng de rest met een beetje van het sap tot een coulis.
Ontvorm de terrine vlak voor het opdienen en versier met de kersen. Serveer met coulis.